Meldpunt en gedragscode

Info meldpunt & doorverwijzing vertrouwenspersonen NOC*NSF.

Algemene inleiding

In samenspraak met de sportbonden heeft NOC*NSF een Vertrouwenspunt Sport opgezet. Alle sporters kunnen hier gebruik van maken. Net als hun omgeving: begeleiders, trainers, coaches, ouders, medische staf, teamgenoten, et cetera. Met deze service bieden wij de sport een luisterend oor waar zij terecht kunnen:

  • met persoonlijke vragen, dilemma’s of meldingen die vertrouwelijk zijn. In een vertrouwelijk gesprek met een deskundig vertrouwenspersoon of adviseur, wordt besproken wat er dwars zit en welke stappen er gezet zouden kunnen worden om het aan te pakken. Men neemt zelf de regie in handen, over wat er met zijn/haar verhaal gedaan wordt. 
  • voor het melden van misstanden waar iets mee gedaan moet worden. Deze meldingen leiden tot vervolgonderzoek, waarbij het mogelijk is dat dit onderzoek leidt tot sancties en/of maatregelen.

Het Vertrouwenspunt Sport helpt de beller bij het maken van de voor hemzelf juiste keuzes. Door goede begeleiding wordt verergering en herhaling van grensoverschrijdend gedrag voorkomen. Met het melden van misstanden signaleren we problemen en kan het beleid of de organisatie aangepast worden.

Bij het Vertrouwenspunt Sport kan de beller terecht voor alle thema’s van vertrouwelijke aard. Daarbinnen onderscheiden wij grensoverschrijdend gedrag (seksuele intimidatie, pesten, discriminatie, belediging, bedreiging en mishandeling), doping, matchfixing en eetstoornissen.

De gesprekken zijn vertrouwelijk en kunnen anoniem blijven, indien men dat wilt en daar zelf ook zorg voor draagt. De vertrouwelijkheid is heel belangrijk en is goed geborgd binnen NOC*NSF. De vertrouwenspersonen kunnen op de inhoud van de gesprekken door hun leidinggevenden of de directie niet worden aangesproken! 

Hieronder de link naar de website van Centrum Veilige Sport Nederland.

Meldpunt sport

Bereikbaarheid

Je kunt het Vertrouwenspunt Sport op drie manieren benaderen:

  • Telefoon: 0900 202 55 90 (gebruikelijke belkosten) – maandag tm vrijdag 08.30 – 17.30 uur.
  • E-mail: centrumveiligesport@nocnsf.nl

De Gedragscode van: Sportaccomodaties Meierijstad.

 De omgang tussen zwembadmedewerkers en bezoekers en zwemleerlingen laat zich niet tot in detail regelen. Zeker niet wanneer lichamelijk contact nodig is in de vorm van instructie, correctie of hulp (denk hierbij aan bezoekers met een beperking) of ter voorkoming van verdrinking of een andere onveilige situatie dan wel noodzakelijk is voor de handhaving van de orde en veiligheid. Niettemin verdient het aanbeveling om uitgangspunten en gedragsregels vast te stellen aan de hand waarvan de grens tussen geoorloofd en ongewenst gedrag van zwembadmedewerkers in concrete situaties kan worden vastgesteld. Het doel hiervan is om alle betrokken personen te beschermen en het publieke vertrouwen in de zwembranche te bevorderen.

De Nationale Raad Zwemveiligheid (hierna ‘NRZ’) en betrokkenen vanuit de zwembranche (hierna ‘de zwembranche’) zijn met elkaar in overleg getreden met als doel een gedragscode met bovengenoemde strekking te realiseren. Daartoe hebben NRZ en de zwembranche de ‘Gedragscode Zwembranche’ en de ‘Uitgangspunten beroepsuitoefening algemeen’ (hierna gezamenlijk te noemen: ‘de gedragscode’) opgesteld die gedragsregels bevatten. Deze gedragsregels zijn bedoeld als richtlijn voor correct gedrag van medewerkers van het sportbedrijf. De verschillende voorbeelden van ongewenst gedrag die in de gedragscode worden genoemd zijn derhalve niet limitatief of statisch.

Naar aanleiding van deze gedragscode hebben wij besloten een gedragscode voor alle sportaccomodaties van gemeente  Meierijstad te formuleren. Leidend hierin is voornoemde gedragscode.

We zijn ons terdege bewust van onze kwetsbare positie als het gaat om het geven van zwemles en de omgang met bezoekers. Het team van Sportaccomodaties Meijerijstad spreekt duidelijk de wens uit dat het evenals in het verleden een open, spontane en prettige omgang met kinderen en volwassenen nastreeft.

Wij willen ervoor waken dat publiciteit rondom, op zich trieste, misstanden op seksueel geweldsgebied allesbepalend gaan worden voor onze omgang met kinderen en volwassenen. Deze zou daardoor zo onnatuurlijk, zelfs berekend kunnen worden zodat elke spontaniteit verdwijnt en enkel frustratie en angst bij alle geledingen resten. Daar kunnen en willen wij niet aan mee doen. Voor ons blijft: een aai over de bol, een troostende bemoedigende arm over de schouder, een wezenlijk onderdeel van “de omgang met…”
Wel zijn we er ons van bewust, dat uiteindelijk het kind, de collega, de ouder, dit bovenstaande ook als zodanig moet ervaren en als dat niet meer zo is, sanctieloos, in alle openheid, kenbaar gemaakt moet kunnen worden.
Ook zijn we er ons van bewust, dat er zich uit hoofde van de beoefening van onze functie vele situaties voordoen die aanleiding kunnen geven tot verkeerde interpretaties en zelfs tot eventuele (valse) beschuldigingen.

Dit hebben wij neergelegd in onze gedragscode, ter voorkoming van machtsmisbruik, geweld en seksuele intimidatie. Natuurlijk hopen we gevrijwaard te blijven van enige vorm van hierboven genoemde onderwerpen en beschuldigingen op dit gebied.

Dit protocol is besproken in het team van Sportaccomodaties Meierijstad.
Zwembad/sportbedrijf medewerkers:

  • Bedrijfsleiding;
  • Administratief medewerkers;
  • Kassamedewerkers;
  • Zwemonderwijzers;
  • Toezichthouders;
  • Stagiaires;
  • Onderhoudsmedewerkers;
  • Schoonmakers;
  • Sporthalbeheerders;
  • Overig personeel van het sportbedrijf.

Bezoekers:

  • Zwemmers;
  • Sporters (sporthal);
  • Verenigingen;
  • Scholen;
  • Huurders (derden);
  • Overige bezoekers.

Een aantal in de gedragscode te noemen begrippen wordt hieronder gedefinieerd.

Zwembadmedewerker
Onder 'zwembadmedewerker' wordt in de gedragscode verstaan een natuurlijk persoon die ongeacht de juridische status van de werkrelatie (ambtenaar, werknemer, gedetacheerde, ZZP-er, uitzendkracht, vrijwilliger, stagiair, leerling et cetera) werkzaamheden verricht in het zwembad.

Bezoeker
Onder ‘bezoeker’ wordt verstaan: iedere (natuurlijk) persoon, niet zijnde een zwembadmedewerker, die het zwembad bezoekt.

Zwemleerling
Onder ‘zwemleerling’ wordt verstaan: iedere bezoeker die zwemonderwijs van een zwembadmedewerker krijgt.

Logboek
Onder ‘logboek’ wordt verstaan: een register, schriftelijk of digitaal, waarin de zwembadmedewerker de in de gedragscode genoemde gebeurtenissen kan optekenen.

Uitgangspunten beroepsuitoefening algemeen, gedragscode Zwembranche

Een zwembadmedewerker:

  1. streeft ernaar zijn/haar beroep zo goed mogelijk uit te oefenen en neemt daarbij de opvattingen en standpunten van de beroepsgroep zoals vastgelegd in de gedragscode in acht; is zich bij de uitoefening van zijn/haar beroep voortdurend bewust van zijn/haar voorbeeldfunctie;
  2. neemt zijn/haar eigen verantwoordelijkheid voor zijn/haar beroepsuitoefening binnen de grenzen van het zwemonderwijs en binnen de geldende regelingen van het zwembad waar hij/zij werkzaam is;
  3. neemt de grenzen van zijn/haar professionele deskundigheid in acht; ingeval aard en omvang van problemen die zijn/haar deskundigheid overstijgen, is hij/zij gehouden andere deskundigen in te schakelen; bijvoorbeeld bij vermoeden van misbruik en mishandeling (in de thuissituatie);
  4. is verantwoordelijk voor verdere ontwikkeling van zijn/haar professionaliteit; ook op het gebied van sociale omgang en correcte communicatie met bezoekers, ouders en kinderen;
  5. doet zijn/haar werk als lid van een team, in een collegiale verantwoordelijkheid;
  6. onderhoudt professionele contacten met collega's binnen het zwembad en met de zwembaddirectie;
  7. communiceert correct met collega’s en directie in woord, gebaar, op schrift en via elektronische middelen;
  8. ziet erop toe dat collega’s zich aan de gedragscode houden. Spreekt in voorkomende gevallen collega’s aan op ongewenste omgangsvormen;
  9. informeert zijn/haar leidinggevende bij ongewenste omgangsvormen dan wel negeren van de gedragscode door een collega;
  10. kan bij indiensttreding en desgewenst vaker een VOG (Verklaring Omtrent Gedrag) voorleggen, dit geld ook voor uitzendkrachten;
  11. onthoudt zich van gedragingen en uitlatingen waardoor de werkgever, collega’s of bezoekers in diskrediet worden gebracht, ook bij het gebruik van social media, en is daarbij een voorbeeld voor anderen;
  12. spreekt in voorkomende gevallen de werkgever, collega’s, bezoekers of ouder(s)/verzorger(s) aan op ongewenste omgangsnormen, zoals het maken en ongevraagd delen van beeldopnames.

De zwembadmedewerker in contact met bezoekers:  

  1.  zorgt voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de bezoekers van het zwembad, waaronder zwemleerlingen, kinderen en ouders, zich veilig voelen; door zichtbaar te zijn, toezicht te houden en consequent de regels te handhaven;
  2. heeft de plicht bezoekers te beschermen tegen (machts)misbruik, (seksuele) intimidatie en andere ongewenste omgangsvormen binnen het zwembad;
  3. realiseert zich te allen tijde dat bepaalde situaties en/of handelingen door de bezoeker kunnen worden ervaren als (seksuele) intimidatie, dan wel kunnen leiden tot beschuldigingen van ongewenst gedrag;
  4. vermijdt 1 op 1 situaties met bezoekers in afgesloten ruimtes, tenzij dit uit oogpunt van veiligheid en/of gezondheid noodzakelijk is, zoals in het geval EHBO moet worden verleend, levensreddende handelingen moeten worden verricht  of het zwembad vanwege calamiteiten moet worden ontruimd. Een dergelijke situatie wordt altijd aan de leidinggevende gemeld;
  5. betreedt een kleedkamer, doucheruimte, of een soortgelijke ruimte, waar een bezoeker is, alleen na toestemming van de bezoeker. Indien het gaat om veiligheid, gezondheid of calamiteiten van de bezoeker/ accommodatie, zoals in artikel 4, is hij/zij verplicht dit te melden bij de bedrijfsleiding;
  6. heeft alleen lichamelijk contact indien dit om onderwijskundige redenen of voor veiligheid en/of voor gezondheid noodzakelijk is, zoals bij EHBO. Hij/zij raakt de bezoeker niet op een zodanige wijze aan dat de bezoeker en/of de medewerker zelf deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel, agressief of intimiderend kan ervaren;
  7. respecteert de bezoeker en onthoudt zich ervan de bezoeker te bejegenen op een wijze die de bezoeker in zijn/haar waardigheid aantast;  maak hier geen misbruik van door bijv. te dreigen, intimidatie, agressie, ongewenste intimiteiten enz. Bezoekers worden niet gediscrimineerd om welke reden dan ook;
  8. toont betrokkenheid bij de bezoeker maar houdt afstand zodat het niet te persoonlijk word;
  9. dringt niet verder in een bezoekers (privé)leven als dit niet noodzakelijk is, dit geldt ook voor elektronische communicatiemiddelen;
  10. geeft duidelijk zijn/haar grens aan als een bezoeker aandringt op intimiteit; dat geldt ook indien via elektronische communicatiemiddelen op intimiteit wordt aangedrongen.

De zwembadmedewerker in contact met collega’s:

  1. onthoudt zich van elke vorm van intimidatie te weten: vernederen, dreigen, dwingen, schelden, negeren, pesten, seksuele intimidatie, discriminatie op grond van gender, ras, overtuiging, seksuele voorkeur, handicap of om welke reden dan ook;
  2. maakt op geen enkele wijze misbruik van de machts- en afhankelijkheidsrelatie die voortvloeit uit het beroep; zowel tijdens werk als daarbuiten en in elke vorm van communicatie (bijvoorbeeld social media);
  3. betreedt een kleedkamer, doucheruimte of een soortgelijke ruimte, waar een collega is, pas na nadrukkelijk verkregen toestemming van de collega;
  4. geeft duidelijk de grens aan als een collega aandringt op intimiteit in welke vorm of op welk moment dan ook; dat geldt ook indien via social media of andere elektronische communicatiemiddelen op intimiteit wordt aangedrongen;
  5. respecteert de collega in blik, woord, gebaar en maakt geen beeldopnames, tenzij de collega zelf om het maken van beeldopnames verzoekt en in dat geval op zodanige wijze dat de collega niet in waardigheid wordt aangetast.

In het voorgaande zijn de regels voor de omgang met ‘bezoekers’ en collega’s  in het algemeen uiteengezet. In het hiernavolgende worden specifieke nadere regels beschreven ten aanzien van zwemleerlingen en de ouders/verzorgers. Deze beide groepen zijn in eerste instantie bezoekers van het zwembad, maar anders dan reguliere bezoekers hebben zwemleerlingen tijdens de zwemles sociale omgang met de zwemonderwijzer. Er is sprake van een direct contact tussen zwemleerling-zwemonderwijzer binnen een afhankelijkheidssituatie.

Ook in het contact met de ouders/verzorgers is er sprake van een dergelijke afhankelijkheidsrelatie tussen zwemonderwijzer en ouder/verzorger, waarbij de zwemonderwijzer professioneel overwicht heeft uit hoofde van zijn/haar beroep. Het voorgaande geldt in voorkomende gevallen ook andere zwembadmedewerkers dan zwemonderwijzers.

NRZ hecht aan deze specificatie, gezien de betrokkenheid bij de Nationale Zwemdiploma’s.

Alle regels voor de omgang met bezoekers zijn van overeenkomstige toepassing op de omgang met zwemleerlingen en ouders/verzorgers. Anderzijds zijn de hieronder geformuleerde regels voor de omgang met zwemleerlingen en ouders/verzorgers van overeenkomstige toepassing op de omgang met bezoekers.

 De zwembadmedewerker in contact met zwemleerlingen:

  1. respecteert de zwemleerling in blik, woord, gebaar en maakt van hem/haar geen beeldopnames, tenzij zwemleerlingen en/of de ouders zelf om het maken van beeldopnames verzoeken en in dat geval op zodanige wijze dat de zwembadleerling niet wordt aangetast in zijn waardigheid en de beeldopname niet als seksueel kan worden ervaren;
  2. maakt beslist geen misbruik van de machts- en afhankelijkheidsrelatie die voortvloeit uit zijn/haar beroep;
  3. onthoudt zich van elke vorm van intimidatie t.w.: intimideren, vernederen, dreigen, dwingen, schelden, negeren, pesten, racisme, homo-intimidatie, seksuele intimidatie, discriminatie op grond van geslacht, ras, overtuiging, seksuele voorkeur, handicap of om welke reden dan ook; kinderen worden aangesproken bij de naam en beslist niet op uiterlijke kenmerken of specifieke gedragingen;
  4. zorgt voor sociale veiligheid binnen zijn/haar lessen, met name voor de minder bewegingsbegaafde zwemleerlingen; overbodige vergelijkingssituaties en situaties die de lichamelijke verschijningswijze accentueren, worden vermeden;
  5. zorgt ervoor dat noodzakelijk lichamelijk contact functioneel is en niet misverstaan kan worden. Functionele aanrakingen als techniek, houdings- en ademhalingscorrecties worden zoveel mogelijk voorafgegaan door een aankondiging van de aanraking en gaan vergezeld van uitleg over het waarom van de aanraking;
  6. zorgt dat bij badkleding van kinderen in orde maken (zwembroek strikken,badpak/bikini bandjes vastmaken), dit in het zicht van anderen is;
  7. gaat niet mee naar de wc als er geen uiterste nood bij is; hij/zij waarschuwt indien nodig de ouders.

De zwembadmedewerker in contact met ouders/verzorgers:

  1. respecteert de ouder/verzorger in blik, woord en gebaar waar het zijn/haar beroep betreft;
  2. gaat in contact met ouders/verzorgers correct om met het overwicht dat voortvloeit uit zijn/haar beroep;
  3. is open bij problemen, ook als er iets opvalt of voorgevallen is. De medewerker is hier open in naar ouders toe en communiceert dit goed zodat er geen misverstanden ontstaan;
  4. verstrekt eerlijke en ter zake doende informatie over de vorderingen/prestaties en (bewegings)gedragingen aan ouders/verzorgers inzake de zwemleerling;
  5. is tijdens de lessituatie zichtbaar en vraagt toestemming aan de ouders/verzorgers als zich de situatie 1 op 1 bij kinderen voordoet, om wat voor reden dan ook. De medewerker betrekt de ouders/verzorgers hier eventueel bij. De medewerker houdt bij het instructiebad de tussenwand omhoog / open;
  6. realiseert zich dat bepaalde instructiehandelingen door ouders/verzorgers misverstaan kunnen worden en kunnen leiden tot beschuldigingen van (seksuele) intimidatie; geeft daarom uitleg over de gevolgde pedagogische aanpak, over de wijze van instructie. Indien deze niet standaard toegepast wordt maakt de zwemonderwijzer melding bij ouders/verzorgers waarom dit is gedaan en wat het doel is. Bij twijfel wordt goedkeuring gevraagd bij ouders/verzorgers en wordt de bedrijfsleiding geïnformeerd om hen hiervan op de hoogte te brengen.

Uitgangspunten beroepsuitoefening algemeen Sporthal, Gedragscode Sporthal

Een sporthalmedewerker:

  1. streeft ernaar zijn/haar beroep zo goed mogelijk uit te oefenen en neemt daarbij de opvattingen en standpunten van de beroepsgroep zoals vastgelegd in de gedragscode in acht; is zich bij de uitoefening van zijn/haar beroep voortdurend bewust van zijn/haar voorbeeldfunctie;
  2. neemt zijn/haar eigen verantwoordelijkheid voor zijn/haar beroepsuitoefening binnen de grenzen en binnen de geldende regelingen van de sporthal waar hij/zij werkzaam is;
  3. neemt de grenzen van zijn/haar professionele deskundigheid in acht; ingeval aard en omvang van problemen die zijn/haar deskundigheid overstijgen, is hij/zij gehouden andere deskundigen in te schakelen; bijvoorbeeld bij vermoeden van misbruik en mishandeling (in de thuissituatie);
  4. is verantwoordelijk voor verdere ontwikkeling van zijn/haar professionaliteit; ook op het gebied van sociale omgang en correcte communicatie met bezoekers, ouders en kinderen;
  5. doet zijn/haar werk als lid van een team, in een collegiale verantwoordelijkheid;
  6. onderhoudt professionele contacten met collega's binnen de sporthal en met de leidinggevende;
  7. communiceert correct met collega’s en leidinggevende in woord, gebaar, op schrift en via elektronische middelen;
  8. ziet erop toe dat collega’s zich aan de gedragscode houden. Spreekt in voorkomende gevallen collega’s aan op ongewenste omgangsvormen;
  9. informeert zijn/haar leidinggevende bij ongewenste omgangsvormen dan wel negeren van de gedragscode door een collega;
  10. kan bij indiensttreding en desgewenst vaker een VOG (Verklaring Omtrent Gedrag) voorleggen, dit geldt ook voor uitzendkrachten.
  11. onthoudt zich van gedragingen en uitlatingen waardoor de werkgever, collega’s of bezoekers in diskrediet worden gebracht, ook bij het gebruik van social media, en is daarbij een voorbeeld voor anderen;
  12. spreekt in voorkomende gevallen de werkgever, collega’s, bezoekers of ouder(s)/verzorger(s) aan op ongewenste omgangsnormen, zoals het maken en ongevraagd delen van beeldopnames.

De sporthalmedewerker in contact met bezoekers:

  1. zorgt voor een omgeving en een sfeer waarbinnen de bezoekers van de sporthal zich veilig voelen; door zichtbaar te zijn, toezicht te houden en consequent de regels te handhaven;
  2. heeft de plicht bezoekers te beschermen tegen (machts)misbruik, (seksuele) intimidatie en andere ongewenste omgangsvormen binnen de sporthal;
  3. realiseert zich te allen tijde dat bepaalde situaties en/of handelingen door de bezoeker kunnen worden ervaren als (seksuele) intimidatie, dan wel kunnen leiden tot beschuldigingen van ongewenst gedrag;
  4. vermijdt 1 op 1 situaties met bezoekers in afgesloten ruimtes, tenzij dit uit oogpunt van veiligheid en/of gezondheid noodzakelijk is, zoals in het geval EHBO moet worden verleend, levensreddende handelingen moeten worden verricht  of het zwembad vanwege calamiteiten moet worden ontruimd. Een dergelijke situatie wordt altijd aan de leidinggevende gemeld;
  5. betreedt een kleedkamer, doucheruimte, of een soortgelijke ruimte, alleen na toestemming van de bezoeker. Indien het gaat om veiligheid, gezondheid of calamiteiten van de bezoeker/ accommodatie, zoals in artikel 4, is hij/zij verplicht dit te melden bij de leidinggevende;
  6. heeft alleen lichamelijk contact indien dit voor veiligheid of voor gezondheid noodzakelijk is, zoals bij EHBO. Hij/zij raakt de bezoeker niet op een zodanige wijze aan dat de bezoeker en/of de medewerker zelf deze aanraking naar redelijke verwachting als seksueel, agressief of intimiderend kan ervaren;
  7. respecteert de bezoeker en onthoudt zich ervan de bezoeker te bejegenen op een wijze die de bezoeker in zijn/haar waardigheid aantast; maak hier geen misbruik van door bijv. te dreigen, intimidatie, agressie, ongewenste intimiteiten enz. Bezoekers worden niet gediscrimineerd om welke reden dan ook;
  8. toont betrokkenheid bij de bezoeker maar houdt afstand zodat het niet te persoonlijk word;
  9. dringt niet verder in een bezoekers (privé)leven als dit niet noodzakelijk is, dit geldt ook voor elektronische communicatiemiddelen;
  10. geeft duidelijk zijn/haar grens aan als een bezoeker aandringt op intimiteit; dat geldt ook indien via elektronische communicatiemiddelen op intimiteit wordt aangedrongen.

In het voorgaande zijn de regels voor de omgang met ‘bezoekers’ in het algemeen uiteengezet. In het hiernavolgende worden specifieke nadere regels beschreven ten aanzien van collega’s, sporters/bezoekers en evt. de ouders/verzorgers.

Ook in het contact met de ouders/verzorgers is er sprake van een dergelijke afhankelijkheidsrelatie waarbij de sporthalmedewerker professioneel overwicht heeft uit hoofde van zijn/haar beroep.

De sporthalmedewerker in contact met sporter/bezoeker:

  1. respecteert de sporter/bezoeker in blik, woord, gebaar en maakt van hem/haar geen beeldopnames, tenzij sporter/bezoeker en/of de ouders zelf om het maken van beeldopnames verzoeken en in dat geval op zodanige wijze dat de sporter/bezoeker niet wordt aangetast in zijn waardigheid en de beeldopname niet als seksueel kan worden ervaren;
  2. maakt beslist geen misbruik van de machts- en afhankelijkheidsrelatie die voortvloeit uit zijn/haar beroep;
  3. onthoudt zich van elke vorm van intimidatie t.w.: intimideren, vernederen, dreigen, dwingen, schelden, negeren, pesten, racisme, homo-intimidatie, seksuele intimidatie, discriminatie op grond van geslacht, ras, overtuiging, seksuele voorkeur, handicap of om welke reden dan ook; sporters/bezoekers worden normaal aangesproken en beslist niet op uiterlijke kenmerken of specifieke gedragingen;
  4. zorgt voor sociale veiligheid binnen de sporthal; overbodige vergelijkingssituaties en situaties die de lichamelijke verschijningswijze accentueren, worden vermeden;

De sporthalmedewerker in contact met ouders/verzorgers:

  1. respecteert de ouder/verzorger in blik, woord en gebaar waar het zijn/haar beroep betreft;
  2. gaat in contact met ouders/verzorgers correct om met het overwicht dat voortvloeit uit zijn/haar beroep;
  3. is open bij problemen, ook als er iets opvalt of voorgevallen is. De medewerker is hier open in naar ouders toe en communiceert dit goed zodat er geen misverstanden ontstaan;

De sporthalmedewerker in contact met collega’s:

  1. onthoudt zich van elke vorm van intimidatie te weten: vernederen, dreigen, dwingen, schelden, negeren, pesten, seksuele intimidatie, discriminatie op grond van gender, ras, overtuiging, seksuele voorkeur, handicap of om welke reden dan ook;
  2. maakt op geen enkele wijze misbruik van de machts- en afhankelijkheidsrelatie die voortvloeit uit het beroep; zowel tijdens werk als daarbuiten en in elke vorm van communicatie (bijvoorbeeld social media);
  3. betreedt een kleedkamer, doucheruimte of een soortgelijke ruimte, waar een collega is, pas na nadrukkelijk verkregen toestemming van de collega;
  4. geeft duidelijk de grens aan als een collega aandringt op intimiteit in welke vorm of op welk moment dan ook; dat geldt ook indien via social media of andere elektronische communicatiemiddelen op intimiteit wordt aangedrongen;
  5. respecteert de collega in blik, woord, gebaar en maakt geen beeldopnames, tenzij de collega zelf om het maken van beeldopnames verzoekt en in dat geval op zodanige wijze dat de collega niet in waardigheid wordt aangetast.